Klimaatverandering

Bij overstromingen wordt vaak gesproken over horizontaal of verticaal water. Maar wat is nu het verschil?

Overstroming in je huis of pand kunnen veroorzaakt worden door extreme lokale neerslag. In dit geval spreek je van verticaal water. Dit kan door hevige regenval zijn van minstens 40 mm in 24 uur. Maar ook door sneeuw, hagel of smeltwater. Water kan een woning of pand binnendringen van buitenaf of via de afvoerleidingen een pand instromen.

Bij een overstroming door horizontaal water is er sprake van een overstroming doordat water is vrijgekomen nadat een dijk is doorgebroken of via scheuren, gaten en andere waterkering-beschadegingen. Of het heeft zo hard geregend dat de waterwegen hierdoor uit hun normale loop treden.

Primaire waterkeringen zijn objecten, werken of constructies die bescherming bieden tegen overstromingen door buitenwater. Onder buitenwater verstaan we de zee, de grote rivieren van Nederland, het IJsselmeer, en het Markermeer.

Niet-primaire waterkeringen zijn alle overige objecten, werken en constructies die geen bescherming bieden tegen buitenwater-overstromingen.

In de Waterwet staat precies omschreven welke waterkeringen primair zijn. Kijk op wetten.overheid.nl voor meer informatie.

Warm weer kan leiden tot klachten als vermoeidheid, concentratieproblemen duizeligheid, hoofdpijn en huidklachten. Met onderstaande tips voorkom of beperk je klachten:

• Pas je dagelijkse activiteiten aan om oververhitting te voorkomen.
• Sport 's ochtends of 's avonds, niet op het heetst van de dag.
• Drink voldoende, minstens twee liter water per dag.
• Zoek tussen 12.00 en 16.00 uur de schaduw op.
• Wil je afkoelen? Neem een koud voetenbad of leg een natte handdoek in je nek.
• De zon bereikt zijn piek tussen 11.00 en 16.00 uur. Smeer je goed en vaak in, zeker als je niet gewend bent om veel in de zon te zitten.
• Heb je huisdieren? Geef ze genoeg water en zorg voor voldoende schaduwplekken of een koelmat.
• Let op kinderen, ouderen en zieke mensen in je omgeving. Zij lopen het grootste risico op klachten die verband houden met warm weer.
• Hou je huis koel: doe overdag de gordijnen dicht en een zonnescherm naar beneden. Wanneer het 's avonds afkoelt, kan je ramen en deuren openen. Let op: maak het inbrekers niet makkelijk. Sluit de ramen en deuren zodra je weggaat of gaat slapen.

• Zet geen ontvlambare middelen in de buurt van een airco. Door oververhitting van de airco kunnen deze middelen ontploffen.
• Voorkom oververhitting van apparaten door het energieverbruik over de dag te verspreiden.
• Maak apparaten vrij van stof en brandbare materialen.

• Neem voldoende water mee.
• Leg een paraplu in de auto. Bij autopech sta je tenminste niet in de volle zon te wachten op hulp.
• Laat je kinderen en huisdieren nooit achter in een geparkeerde auto.
• Ga je met de hond op pad? Maak geen lange wandeling op het heetst van de dag. En laat je hond liever niet op asfalt lopen.
• Zwemmen in open water is niet altijd veilig. Door de warmte kan de zwemwaterkwaliteit afnemen. Op zwemwater.nl lees je waar je veilig kunt zwemmen.

Langdurige hitte gaat vaak samen met droogte. Een natuurbrand ontstaat dan sneller. Ook is er minder water om een beginnende brand te blussen. Dus voorkomen is altijd nog beter.

• Maak je sigaret goed uit voordat je hem weggooit. Controleer sowieso of er misschien een rookverbod geldt.
• Gooi afval in de vuilnisbakken. Geen vuilnisbak in de buurt? Neem het afval mee en gooi het thuis weg. Een stukje glas waar de zon op schijnt kan namelijk al een brand veroorzaken.
• Ga je barbecueën of zet je een vuurkorf aan? Houd je aan de geldende gebiedsregels. En zet uit voorzorg altijd een emmer water in de buurt als je onverhoopt moet blussen.
• Let op waar je je auto parkeert. De warmte van de katalysator kan ervoor zorgen dat droog, hoog gras in brand vliegt.

Op www.natuurbrandrisico.nl zie je per provincie wat het risico is op een natuurbrand. Fase 1 betekent normaal risico. Bij fase 2 (vaak vanwege warm weer en een langere droge periode) zijn natuurbeheerders en hulpdiensten extra alert. Daarnaast waarschuwen ze ook actief.

Overlast en gevaar bij zwaar weer kun je beperken met een aantal simpele maatregelen.

• Sluit ramen en deuren of zet ze op de stormstand.
• Houd de weersinformatie en eventuele weeralarm(en) in de gaten.
• Volg de aanwijzingen van de politie en brandweer op.

Voor werkgevers:

• Licht je personeel op tijd in.
• Zorg voor een 'stormrooster' met aangepaste werktijden en thuiswerkafspraken bij slecht weer.

Harde windvlagen veroorzaken niet alleen schade, ze zijn ook gevaarlijk. Een flinke storm blaast bijvoorbeeld losliggende pannen en tuinmeubilair weg.

• Zet tuinmeubels, terrasstoelen en -verwarmers binnen. Klap parasols in en haal zonweringen op.
• Verwijder overhangende boomtakken.
• Controleer je bedrijfsgebouw op loszittende delen. Denk aan dakpannen, dakleer, bouten, luifels en lichtreclames. Verstevig, eventueel tijdelijk, de kwetsbare delen van het gebouw.

Voor ondernemers:

• Zet je bedrijfswagens op een veilige plaats, liefst binnen of overdekt.

Onweer kan gevaarlijk zijn. Je apparaten kunnen schade oplopen door blikseminslag. Met de juiste maatregelen bescherm je jezelf, je medewerkers en je gasten.

• Blijf binnen! Kan dat niet? Schuil dan in geval van nood in een auto.
• Raak geen metaal aan, zoals hekken, antennemasten en lantaarnpalen.
• Haal stekkers van radio, televisie, computer en zendapparatuur uit het stopcontact. Vergeet je kabel- en telefoonaansluitingen niet.
• Houd altijd een zaklamp binnen handbereik.

Voor ondernemers:

• Voorzie machines en elektrische apparatuur van een overspanningsbeveiliging.

Water en sneeuw veroorzaken jaarlijks veel schade. Met eenvoudige maatregelen voorkom je lekkages en instortingsgevaar. En beperk je de gevolgen bij overstroming.

• Maak dakgoten regelmatig schoon.
• Maak je dak sneeuwvrij en zorg dat geen grote plassen regenwater op je dak blijven staan.
• Bewaar je spullen in een kelder of souterrain? Zet ze dan op vlonders van minimaal tien centimeter hoog.

Hagel kan in korte tijd je voertuig(en) beschadigen. Neem daarom op tijd maatregelen.

• Zet je auto of bedrijfswagens in een garage of onder een carport.
• Geen garage? Leg dan dekens op je de auto.

Extreme kou kan als je niet oplet tot veel schade en hoge kosten leiden.

• Schakel de vorstbeveiliging van je cv-installatie en radiatoren in.
• Zet de thermostaat niet lager dan 15 graden Celcius.
• Verwarm koude ruimtes of tap de leidingen daar af.

Als het dooit:

• Controleer of je cv- en waterleidingen zijn gaan lekken door bevriezing.

Voor weggebruikers kunnen mist en gladheid gevaarlijk zijn. Aangepast rijgedrag voorkomt veel schade.

• Zorg dat je (en je medewerkers) op de hoogte zijn van veilig rijgedrag bij mist en gladheid. Dat wil zeggen: houd twee seconden afstand en aan de (aangepaste) maximumsneldheid.
• Ben je vaak op de weg? Volg dan een slipcursus.
• Voorzie je auto op tijd van winterbanden.
• Heb je een eigen terrein? Verminder gladheid door te strooien met strooizout.